top of page
  • Foto van schrijverFabienne Peters

Alleen voor echte vrouwen

Ik ben begin twintig en heb mijn eerste baan. Ik werk met lieve, traditionele onderwijsmensen. De receptioniste merkt eens op dat ik 'zo anders ben' dan mijn collega's. Ik huil om die opmerking, zo graag wil ik hetzelfde zijn. Burgerlijk, tevreden met een maatschappelijk verantwoord leven, emotioneel enigszins stabiel. Dat dat niet lukt, blijft blijkbaar niet onopgemerkt. Niet door de receptioniste, niet door Willem.


De context kan ik me niet meer herinneren. Wel waar ik zat. Achter mijn bureau in de kamer in de hoek. Met een skinny broek, een retro blousje en pumps met een dikke, lage blokhak, zodat ik erop kan lopen. Mijn haar heb ik op schouderlengte, zoals bijna mijn hele leven. Ik weet dat ik mooi ben, mijn gezicht, mijn lijf. Maar ik weet ook dat er iets niet klopt. Ik moet hard werken om te zijn wie ik denk te zijn. Een vrouw die date met mannen, die seks heeft met mannen, die giechelt als een man iets zegt.


Ik dacht dat het erbij hoorde: een zweempje aanranding.

De fantasieën van mijn oudoom

Ben ik wel een vrouw? De eerste dertig jaar beheerst die vraag mijn leven. En ik heb mannen veel ruimte gegeven hem te ontkrachten of te bevestigen. Waar ik de fysieke grens moest trekken, wist ik wel. Maar dat ze - de mannen - in de verleiding kwamen, was een goed teken, vond ik: ik ben dus een vrouw. Een beminnelijke vrouw. Mannen keuren mij goed en dat is de bedoeling. Ik begaf me in een gevarenzone omdat ik aan het verkennen was en ervan overtuigd dat het erbij hoorde: een zweempje aanranding. Ik ben een keer een doodlopende schuur in gedreven, had een ‘goede vriend’ van zestig (toen ik 19 was) en een oudoom die zijn fantasieën niet voor zich kon houden. Mijn grenzen heb ik fysiek gezien helder en gelukkig ben ik niet bang om me te verzetten, maar het schetst een beeld.


"Fabienne! Dat laat je je toch niet zeggen?!"

Echte vrouwelijkheid

Nu Willem. Nogmaals, de context is me ontschoten. Ik kan natuurlijk iets verzinnen, maar geloof dat het er niet toe doet. Mijn collega’s gingen iets doen., daar komt het op neer. Willem, een kalende vijftiger, vraagt of ik meega. Ik zeg van niet. Hij: ‘Het is ook alleen voor echte vrouwen’. Ik vermoed dat het niet charmant bedoeld is, maar snap het niet helemaal. Dus ik lach. Een andere mannelijke collega stormt mijn kamer in: ‘Fabienne! Dat laat je je toch niet zeggen?!’ Ik haal mijn schouders op. Wat had hij dan eigenlijk gezegd? Hij had mijn echte vrouwelijkheid in twijfel getrokken en wat betekende dat voor mij? Dat ik lelijk ben? Een man? Lesbisch?


Meer mens dan vrouw

In dat moment voelde het als falen, als een vernedering. Alsof ik niet goed genoeg mijn best deed. Nu intrigeert de opmerking me vooral. Ik voel zowel een mannelijk als een vrouwelijk perspectief in me vertegenwoordigd. Mensen ervaren mij als vrouw, voor mijzelf kan die ervaring wisselen. Ik vind dat niet storend, maar juist leuk. Dus ik denk dat die collega in essentie gelijk had: ik ben meer mens dan vrouw. Ik zie man- of vrouw-zijn niet als vastomlijnde identiteit. En dat kan ik iedereen aanraden.

35 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

留言


bottom of page